Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.

Verlegenheid en zelfvertrouwen

Sociale ontwikkeling van kinderen

In het onderzoek De Sociale Ontwikkeling van Kinderen doen we vanaf 2007 al uitgebreid onderzoek naar de ontwikkeling van verlegenheid en zelfvertrouwen van kinderen. Uniek hierbij is dat zowel kinderen, als de moeders en vaders van de kinderen meedoen. Het onderzoek vindt plaats aan de Universiteit van Amsterdam, in het UvA Family Lab van de afdeling Pedagogische en Onderwijswetenschappen. In dit onderzoek zijn gezinnen met een kind gevolgd van de vroege babytijd tot in de kindertijd.

Voordat dit project startte, was er nog weinig bekend over de ontwikkeling van verlegenheid en zelfvertrouwen bij jonge kinderen en ook met name hoe de interactie met vader op deze ontwikkeling invloed kan uitoefenen. Vragen die speelden waren bijvoorbeeld ook: Wat is een normale ontwikkeling van verlegenheid bij jonge kinderen? En, welke factoren beïnvloeden de ontwikkeling van verlegenheid? Om dit goed te kunnen bestuderen, is onder andere gekeken naar het temperament (de “aanleg”) van het kind, het contact tussen de ouders en hun kind, en verlegenheid en zelfvertrouwen van de ouders. Door de verschillende metingen tijdens dit onderzoek hebben we steeds beter zicht gekregen op wélke factoren belangrijk zijn in de ontwikkeling van verlegenheid en zelfvertrouwen. Zo blijkt niet alleen de moeder, maar ook de vader hierin een belangrijke rol te spelen. Daarnaast blijkt dat de angsten van ouders en kinderen invloed op elkaar hebben, en dat er ook positieve vormen van verlegenheid bestaan.

Momenteel weten we nog weinig over de invloed van verlegenheid en zelfvertrouwen op jonge leeftijd op de ontwikkeling van het zelfbeeld, angsten en de sociaal-emotionele ontwikkeling op latere leeftijd, namelijk in de adolescentie. Met een extra meetmoment bij dit onderzoek hopen we nog meer inzicht te krijgen in deze ontwikkeling tijdens de puberteit.

Het onderzoek telt ondertussen 6 afgeronde meetmomenten. Zo heeft de eerste meting (de Voormeting) plaatsgevonden nog vóórdat de kinderen geboren waren. De daaropvolgende metingen zijn afgenomen toen de kinderen de leeftijd van 4 maanden, 1 jaar, 2.5 jaar, 4.5 jaar en 7.5 jaar hadden bereikt. De volgende meting vindt plaats wanneer de kinderen rond de 14.5 jaar zijn. Deze metingen heten achtereenvolgens Sociale Baby's I, Sociale Baby's II, Sociale Peuters, Sociale Kleuters, Sociale Kinderen en Sociale Tieners.

In het menu aan de linkerkant vindt u de links naar pagina’s met meer informatie over ieder meetmoment.